Omschrijving

Het onderzoeken van pasgeboren babies is een heel bijzondere tak van diagnostiek. Als deze patiëntjes een MRI onderzoek nodig hebben zijn ze vaak ziek, te vroeg geboren of hebben ze een afwijking. Men kan ze niet vragen stil te liggen, adem in te houden of niet te huilen! Hartslag en ademhalingsritmes zijn heel hoog. Sedatie of narcose wil men eigenlijk niet gebruiken behalve in het ernstigste gevallen. Monitoring en beademingsapparatuur is soms nodig binnen een MR ruimte en deels zelfs binnen de magneet. Een kind kan soms zelfs in een MRI compatibele couveuse geplaatst worden om gescand te worden. De nodige spoelen en apparatuur passen dan in de specifieke eisen die MRI stelt. Een radiologie afdeling heeft niet altijd toegang tot zulke apparatuur en dan is het om te overweging of de baby echt gescand moeten worden of niet.

Ook voor de ouders kan een MRI onderzoek van hun jonggeborene een traumatische ervaring zijn en vraagt het van het bedienend personeel vaak veel takt om ouders voor zo'n onderzoek voor te bereiden.

Kinderen kunnen afwijkingen hebben die niet voorkomen bij oudere kinderen en volwassen. Een MRI beeld van een lichaam veranderd over tijd afhangend van het stadium van ontwikkeling. Het is nodig om mijlpalen te kennen om te weten of het beeld een normale beeld is of dat er een afwijking is ontwikkeling is. Dat vraagt een bijzondere training van het bedienend personeel en de betrokken radioloog.

Elizabeth van Vorstenbosch-Lynn richt zich als klinisch applicatie specialist binnen Philips Healthcare op het afbeelden van pas geboren kinderen met MRI en welke speciale maatregelen daarvoor nodig zijn.

Spreker(s)

Elizabeth van Vorstenbosch-Lynn

Locatie

TU Eindhoven

Collegezaal in gebouw Gemini-Z (pijl bij nr. 15)

Organisator

Regio Zuid

Naam en contactgegevens voor informatie

ing. Koos Mulder, tel. 06 39681065

koos.mulder@ziggo.nl