Klimaat en astronomie, of waar komen de ijstijden vandaan?
Klimaatschommelingen worden veroorzaakt door een drietal astronomische bewegingen. Door verschuivingen in (1) de excentriciteit van de aardbaan, (2) de helling van de aardas en (3) de tolbeweging van de aardas treedt voortdurend verandering op in de verdeling van zonnewarmte over het aardoppervlak. Deze bewegingen kennen elk, in ieder geval al 200 miljoen jaar (begin Jura), dezelfde eigen periodiciteit en hebben hun eigen invloed op het klimaat. Om klimaatverschijnselen te kunnen begrijpen zullen geologen in hun waarnemingsreeksen dus op zoek moeten naar deze drie samenstellende periodiciteiten.
Zo’n 150 jaar geleden was het James Croll, theeverkoper uit Edinburgh, die als eerste de ijstijden en warme periodes langs astronomische weg verklaarde, en de Serviër Milanković publiceerde in 1941 uitkomsten van astronomische berekeningen van de klimaatvariaties. Het harde bewijs voor de juistheid van zijn ideeën kwam in 1977 op uiterst elegante wijze uit eigenschappen van diepzeesedimenten.
Dr. Fred Jansen deed op zeer grote diepte onderzoek naar diepzeesedimenten. Het onderzoek op zulke grote diepten was op zich al spectaculair!
Belangrijke resultaten uit het onderzoek naar diepzeesedimenten in de Zuid Atlantische Oceaan laten zien hoe de drie periodes uitwerken op het klimaat van de oceaan en het aangrenzende Afrikaanse continent. Het heeft o.a. aan het licht gebracht dat er een wereldwijd optredende langzame verschuiving plaatsvindt waardoor onze laatste ijstijd minder koud was dan de voorafgaande.
De borrel begint om 18:00 uur en de maaltijd volgt stipt om 19:00 uur.
Aanmelden uiterlijk 7 december.
Verdere informatie of aanmelden kan via: kringrotterdam@kivi.nl