Op 15 augustus overleed Kees d’Angremond, een waterbouwer in hart en nieren.

 

Zijn carrière was de droom van elke civiel ingenieur. Na zijn afstuderen kreeg hij een baan bij het Waterloopkundig Laboratorium. Daar werkte hij aan Nederlandse, maar via Nedeco, ook aan buitenlandse problemen. Ik vond zijn voetstappen langs de Bay of Cambay in India. Tijdens een site-visit legden wij met een ambtenaar van het Ministerie van Water Resources een hoffelijkheidsbezoek af bij de oude Maharadja van Valiibipur. De oude vorst vroeg onmiddellijk: ‘’Do you know Kieees ?’’. Hij bleek Kees te bedoelen. Enthousiast haalde zijn bediende een vierkante Bokma fles en een paar klompen van zolder. In de lokale bibliotheek stond ook nog een in groen leer gebonden Nedeco-rapport over het irrigatie-project dat hij daar op Saurastra bestudeerde.

Later werd bij baggerdirecteur bij Adriaan Volker, in die tijd een gebruikelijke carrière stap. Zo raakte hij ook betrokken bij de bouw van de Oosterschelde kering. Daarna werd hij directeur van het Gemeentelijke Havenbedrijf Amsterdam en tot slot in 1989 hoogleraar Kustwaterbouw aan de TU Delft.

Daarmee werd hij ook voorzitter van de Afdeling Bouw en Waterbouw van het KIVI, zoals de statuten destijds vereisten. Daar richtte hij samen met CUR de Waterbouwdag op. Als voorzitter van de Afdeling, maar vooral als oprichter van de Waterbouwdag heeft Kees veel betekend voor het KIVI.

Na zijn VUT bij de TU ben ik hem opgevolgd, eerst als voorzitter van de Afdeling en vervolgens als voorzitter van de Waterbouwdag.

Em. Prof. ir. Han Vrijling,

oud-voorzitter KIVI Afd. Bouw en Waterbouw