De werkgroep “Politiek en DV techniek” analyseert actuele politieke ontwikkelingen in de defensiesector. Zij levert onafhankelijke feiten en duiding vanuit de technologische kennis en ervaring van ingenieurs.
De werkgroep Politiek en DV techniek heeft onderstaande aanbevelingen voor de vervanging van de Nederlandse onderzeeboten van de Walrus klasse. Het commentaar is opgesteld op basis van openbaar beschikbare informatie en kennis en ervaring op het gebied van defensietechnologie.
Naar aanleiding van de recente debatten in de Vaste Commissie voor Defensie in de Tweede Kamer heeft de werkgroep onderstaande 11 aanbevelingen opgesteld waaraan het binnenkort verwachte DMP-B voor de vervanging van de onderzeeboten getoetst kan worden. De complete tekst en toelichtingen vindt u via deze link.
Aanbevelingen vervanging onderzeeboten
1. Kwaliteit van hoofd- en onderaannemers.
Kwaliteitsonderzoek ter plaatse bij de hoofdaannemer én onderaannemers is bij de aankoop van unieke producten en kleine series niet alleen gebruikelijk, maar ook noodzakelijk.
2. Toepassen van technologie die bij oplevering geavanceerd is.
Van de plank kopen van innovatieve producten die pas over 10 jaar in gebruik genomen worden is een recept voor teleurstelling. In de Nederlandse marinebouw is daarom juist veel ervaring opgebouwd om goed aan te sluiten aan de nieuwste ontwikkelingen en deze just-in-time te introduceren.
3. Budget voor de ontwikkeling van geavanceerde technologie.
Houd rekening met 20% van het totale project of opdrachtbudget voor de ontwikkeling van nieuwe technologieën.
4. Spin-off van technologieontwikkeling naar de maatschappij.
Stimuleer (of verlang) spin-off van technologie die op kosten van de belastingbetaler wordt ontwikkeld.
5. Verkorten voorgenomen gebruiksduur door tussentijdse verkoop.
Een nieuwe militaire capaciteit is 30 of 40 jaar na oplevering echt verouderd. Mid life upgrades hebben een beperkt effect en zijn relatief kostbaar. Door de unieke capaciteiten van de Nederlandse marinebouw is vervanging na de halve levensduur militair effectiever en financieel-economisch haalbaar. Neem dit concept op in het DMP-B, C en D.
6. Cultuurverschillen tussen opdrachtgever en hoofdaannemer.
Onbegrip is een belangrijke bron van ergernis tijdens contractuitvoering en kan leiden tot misverstanden en daardoor meerkosten en vertraging. Onderzoek als opdrachtgever de cultuurverschillen met kandidaat hoofd- en onderaannemers en neem het gekwantificeerde resultaat mee bij de vaststelling van het risico bij de leverancierskeuze.
7. Inzet en behoud Nederlandse kennis van marinebouw.
De Nederlandse kennis en kunde op het gebied van marinebouw zou niet verloren mogen gaan. Ons land is wereldwijd vooraanstaand in dit technologiegebied. Vooral op het technisch meest complexe onderwerp van systeemintegratie kan Nederland Europese concurrenten verslaan. Ook waar het onderzeeboten betreft.
9. Industriële participatie.
Het thans gevoerde industriële participatiebeleid leidt tot werkgelegenheid, maar niet tot behoud en groei van wetenschappelijke kennis in Nederland. Ook niet als onderzeeboten gedeeltelijk in Nederland wordt gebouwd onder leiding van een buitenlandse hoofdaannemer.
10. Energietransitie.
edurende de levensduur van de onderzeeboten zal de beschikbaarheid van fossiele brandstoffen geleidelijk afnemen. Bij de ontwikkeling en bouw moeten de onderzeeboten worden voorbereid op vernieuwingen in de energievoorziening en voortstuwing.
11. Arctische omstandigheden.
De toekomstige onderzeeboten zouden geschikt moeten zijn voor optreden in de Noordelijke IJszee.
De volledige tekst van de 11 aanbevelingen en toelichtingen vindt u via deze link.
_____________________________
Den Haag, 13 mei 2019
Meer informatie over de werkgroep Politiek en Defensietechniek vindt u via deze link.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met de werkgroep via E: politiektechniek@kividv.nl
Wilt u de commentaren en adviezen van de werkgroep per email ontvangen? Meldt u dan aan voor onze mailinglist.
Disclaimer: De gegeven feiten en meningen zijn gebaseerd op open bronnen en op de kennis en ervaring van werkgroep leden.
Als onderdeel van de beroepsvereniging KIVI is de werkgroep onafhankelijk van politieke partijen, overheden en bedrijven.
Dit is geen officieel standpunt van KIVI. De vereniging aanvaardt geen aansprakelijkheid voor hetgeen door de werkgroep of haar leden naar voren is gebracht.
Foto: Mediacentrum Defensie