Ingenieur van het Jaar 2007
Micha Mulder en Ronny van ’t Oever
Micha Mulder en Ronny van ’t Oever uitgeroepen tot Ingenieur van het Jaar 2007
De jury, onder voorzitterschap van voormalig burgemeester Wim Deetman van Den Haag, bestaande uit Jan Dekker (voorzitter KIVI NIRIA), Foeke Kolff (ingenieursbureau Lummus) en Eckhart Wintzen hebben ir. Micha Mulder en ir. Ronny van ’t Oever uitgeroepen tot Ingenieur van het Jaar 2007.
Zij kozen uit de drie genomineerden de winnaar. Volgens de juryvoorzitter van vorig jaar, voormalig burgemeester Deetman, heeft het tweetal ‘een uitermate relevante vinding gedaan waarmee ze techniek en het vak van ingenieur op de kaart zetten, ook omdat ze zakelijk gezien er zeer succesvol mee zijn.’
De feestelijke bekendmaking van de winnaar vond plaats tijdens de Ingenieursmanifestatie, georganiseerd door de gemeente Den Haag in samenwerking met KIVI NIRIA.
ir. Micha Mulder en ir. Ronny van ‘t Oever
Ir. Micha Mulder (32) was ‘erg verrast’ toen hij genomineerd bleek. "Toen ik gebeld werd met de mededeling dan ik genomineerd was, dacht ik eerst nog dat ze me wilden vragen of ik soms nog iemand wist." Hij vindt het wel erg leuk ‘al ben ik niet iemand die van nature de publiciteit zoekt.’ Mulder studeerde Technische Natuurkunde aan de Universiteit Twente en studeerde daar in 1998 af op berekeningen – een computersimulatie – van elektrische stromen in het menselijk hoofd. Bij hersenoperaties wordt er normaliter een gat in de schedel geboord en plakt men elektroden op de schedel waarmee de stroming in de hersenen worden gemeten. Mulder toonde met zijn berekeningen aan dat door het boren van een gat de stromen anders gaan lopen: in de richting van het geboorde gat omdat daar de minste weerstand is met al gevolg verkeerde metingen en gevaar voor opereren op de onjuiste plaats in de hersenen.
Hij ging na zijn studie via een software-uitzendbureau werken bij chipmachinefabrikant ASML in Veldhoven. Hij werkte daar aan besturingsmechanismen voor de nieuwste chipmachines en kwam in aanraking met de micro-industrie. "Erg interessant, vooral ook het werk in de clean rooms." Het werk bij ASML beviel hem uitstekend maar "Ik had wat strubbelingen met de uitzender en toen ben ik uiteindelijk toch eens verder gaan kijken." Dat verder kijken mondde uit in het stichten van een eigen bedrijf dat hij samen met zijn vriend en studiegenoot Ronny van ’t Oever in december 1999 oprichtte: Micronit Microfluidics. Het bedrijf dat zich snel heeft ontwikkeld is nu al wereldwijd marktleider in het ontwikkelen en fabriceren van microchips. Het heeft inmiddels ruim dertig mensen in dienst die microchips maken voor onder meer eiwitanalyse, DNA-onderzoek en de ontwikkeling van nieuwe medicijnen door de farmaceutische industrie. "Omdat onze chips een oppervlakte hebben van maar een paar vierkante centimeter werken ze sneller en beter en hebben ze minder vloeistof in de kanaaltjes nodig wat prettiger is voor een onderzochte patiënt. Bovendien is deze chip kostenbesparend waardoor klanten uit de hele wereld de weg naar het bedrijf in Enschede weten te vinden."
Snelle groeier Micronit Microfluidics staat al twee jaar lang in de ‘ranking’ van de Deloitte Technology Fast 50. Deloitte wil met de verkiezing snelgroeiende technologische bedrijven in het zonnetje zetten. Een Micronit groeit snel. Mulder: "Als je bedenkt dat we met zijn tweeën en eigenlijk met niks zijn begonnen, is het wel heel snel gegaan ja." Het bedrijf haalde vorig jaar 11,57 maal zo veel omzet als in 2000. Hij besteedt nu veel tijd aan managementtaken, maar blijft toch ook technisch actief. "Die afwisseling vind ik wel prettig."
Mededirecteur Van ’t Oever studeerde ook Technische Natuurkunde aan de Universiteit Twente en studeerde in 1998 af met het via microsysteemanalyse maken van een miniatuur vloeistofsysteem waarmee is na te gaan hoe sterk de bindingen binnen dna-materiaal zijn. Hij werkte na zijn afstuderen eerst nog enige tijd free lance onder meer vanuit Nederland voor Abbot Diagnostics in Californië waar hij tijdens zijn studie stage had gelopen en daar een vinding had gedaan: een methode om met behulp van laserlicht beter het gehalte aan hemoglobine in rode bloedlichaampjes te bepalen. "Daar is een octrooi op gekomen, helaas niet voor mij." Hij vindt zijn nominatie ‘heel bijzonder’ en toont zich er ten zeerste mee ingenomen. "Ik had dat absoluut niet verwacht. Het is een hele eer, al heb ik nooit naar het winnen van prijzen gestreefd." Een extra boeiend aspect aan zijn werk vindt hij dat "Je niet zonder technische kennis een bedrijf als dat van ons kunt leiden. Op het gebied van het management kunnen andere ervaren collega’s je wel bijstaan maar er is technische kennis voor nodig om wensen van klanten in een product te kunnen vertalen. Ik heb zelf uitvindersbloed, mijn hart ligt bij de techniek."
De twee andere genomineerden voor de Ingenieur van het Jaar 2007
- Ir. Jos Dijkman
- Ir. Adriaan van Hooijdonk